Vraag
Scoren biobased gebouwen slechter op de integrale milieuprestatie dan gebouwen van traditionele materialen (zoals beton en staal)?
Antwoord
Er is geen wetenschappelijk bewijs voor de claim dat houten gebouwen slechter score op de integrale milieuprestatie dan gebouwen van beton of staal. In tegendeel: uit geen enkele studie blijkt dat hout slechter scoort dan beton of staal.
Toelichting
Er is brede wetenschappelijke consensus dat biobased gebouwen een veel lagere CO2-uitstoot hebben dan gebouwen van staal of beton: uit deze meta-analyse blijkt dat er 68% (embodied) CO2 bespaard kan worden door te bouwen met hout in plaats van beton of staal (over de gehele levensduur). Vaak rijst de vraag of biobased materialen – die weliswaar goed scoren op CO2 – geen negatief effect hebben op de andere milieu categorieën, zoals toxiciteit, fijnstofemissie of watergebruik.
Om deze vraag te beantwoorden is gekeken naar de wetenschappelijke literatuur waar een vergelijking wordt gemaakt tussen houten woningen en betonnen/stalen woningen op meerdere milieu categorieën. Daarover zijn zes studies gevonden, met het volgende resultaat:
# | Artikel | Methode | Uitkomst |
1 | Fischer, H., Aichholzer, M., & Korjenic, A. (2023). Ecological Potential of Building Components in Multi-Storey Residential Construction: A Comparative Case Study between an Existing Concrete and a Timber Building in Austria. Sustainability, 15(8), 6349. | Vergelijking van Houten woning met beton woning via LCA (module A-C) | Houten woning scoort beter dan betonnen woning op 6 van de 7 milieu-categorieën. |
2 | Andersen, J. H., Rasmussen, N. L., & Ryberg, M. W. (2022). Comparative life cycle assessment of cross laminated timber building and concrete building with special focus on biogenic carbon. Energy and Buildings, 254, 111604. | Vergelijking van CLT en beton via LCA (Module A-C) | CLT-woning scoort beter dan betonnen woning op 11 van de 18 milieu-categorieën. |
3 | Allan, K., & Phillips, A. R. (2021). Comparative cradle-to-grave life cycle assessment of low and mid-rise mass timber buildings with equivalent structural steel alternatives. Sustainability, 13(6), 3401. | Vergelijking van woning met houten en stalen frame via LCA (module A, C en D) | Houten frame scoort beter op 3 milieu-categorieën en staal scoort beter op 3 milieu-categorieën. |
4 | Chen, Z., Gu, H., Bergman, R. D., & Liang, S. (2020). Comparative life-cycle assessment of a high-rise mass timber building with an equivalent reinforced concrete alternative using the Athena impact estimator for buildings. Sustainability, 12(11), 4708. | Vergelijking CLT en beton via LCA (module A) | CLT scoort beter dan beton op 5 van de 9 milieu-categorieën. |
5 | Robertson, A. B., Lam, F. C., & Cole, R. J. (2012). A comparative cradle-to-gate life cycle assessment of mid-rise office building construction alternatives: Laminated timber or reinforced concrete. Buildings, 2(3), 245-270. | Vergelijking van CLT en beton via LCA (module A) | CLT scoort beter dan beton op 10 van de 11 milieu-categorieën. |
6 | Pittau, F., Dotelli, G., Arrigoni, A., Habert, G., & Iannaccone, G. (2019, August). Massive timber building vs. conventional masonry building. A comparative life cycle assessment of an Italian case study. IOP Publishing. | Vergelijking van CLT en beton via LCA (module A) | CLT scoort beter dan beton op 8 van de 10 milieu-categorieën. |
De studies laten een eenduidig beeld zien: houten woningen scoren gemiddeld genomen beter dan betonnen woningen op de geselecteerde milieu-categorieën. Er is dus geen wetenschappelijk bewijs voor de stelling dat biobased woningen qua milieudruk slechter zijn dan betonnen woningen. Voor staal is het antwoord niet duidelijk, omdat er maar één studie beschikbaar was waarin staal en hout werden vergeleken. NB: er wordt in de studies gerekend met de absolute milieu-impact, zonder het toekennen van een weging tussen de milieu-categorieën.
Voor de aanscherping van de milieuprestatie-eis heeft LBP Sight de MPG-score van een aantal referentiewoningen berekend, sommige van hout en sommige van traditionele materialen. Dit onderzoek is niet bedoeld om een vergelijking te maken tussen de duurzaamheid van houten gebouwen en betonnen/stalen gebouwen – die vraag is niet aan LBP Sight gesteld. Hun is enkel gevraagd om een indicatie te geven van de hoogte van de milieuprestatie-eis o.b.v. referentiewoningen en de A2-bepalingsmethode (met redelijk conservatieve productkaarten).
Niettemin blijkt uit de doorrekeningen dat de drie CLT-woningen gemiddeld een hogere milieu-impact hadden dan andere woningen.
Er is gerekend met de EN15804-A2 waar houten woningen zeer slecht uit komen (de actuele discussie rondom de MPG).
In de berekening is ook module D meegenomen, waar veel traditionele materialen relatief meer voordeel van hebben.
Over de gehele levensduur is de koolstofvastlegging in hout 0 (-1 in module A en +1 in module C).
Om bovenstaande redenen is het niet logisch om de verkenning naar de hoogte van de milieuprestatie-eis als uitgangspunt te nemen voor het beantwoorden van onderhavige vraag.